Esker: breed ingeburgerd?

Bob van Dijk, zelfbenoemd woordfitter, leest zeldzame woorden in het werk van Tommy Wieringa. ‘Esker’ bijvoorbeeld, dat tot Van Dijks verrassing sinds 2017 in de online Van Dale staat. Is het daarmee dus een ingeburgerd woord?

Bob van Dijk

Bob van Dijk

door Bob van Dijk 

Van Dale neemt een nieuw woord pas ter overweging om te worden opgenomen in het Heiligste Boek der Woorden ‘wanneer het minstens drie jaar in (schriftelijk) algemeen taalgebruik regelmatig opduikt in kranten, tijdschriften, boeken en internet. Het woord moet algemeen bekend en ingeburgerd zijn’ (website VD). [Voor de ongeduldigen onder ons, en zo eentje ben ik, bestaat de escape om in de digitale VD woorden toe te voegen in een wiki-omgeving. Ik maak zeer dapper gebruik van deze mogelijkheid; zie bijvoorbeeld basaltwoord, broodjesvloer, kop-tot-kontkok en puttikamer. Zelfs je naam komt erbij te staan: eeuwige roem!]

Eenzaat, deemstering, esker
Met deze wetenschap in het achterhoofd raadpleegde ik laatst de digitale VD vanwege een woord waar ik nog nooit van gehoord had, gelezen in de voortreffelijke nieuwste roman van Tommy Wieringa, De heilige Rita. Tom is grootgrutter in fraaiewoordengebruik trouwens, zoals eenzaat en deemstering. Maar nu had hij iets anders. Hij beschrijft hoe zijn vader in het Tukkerse land hem onderricht in het landschap. Veertiende hoofstuk, pagina 111: ‘Vader beschrijft het einde van een ijstijd, een smeltende gletsjer bedekt het land … Daar kijken ze naar, een rivier van steen, recht in het hart van de voorlaatste ijstijd. Het is de enige esker van het land.’

Esker? Wat zou dat zijn? En verdraaid, digi-VD geeft uitslag: ‘Slingerende landrug die tijdens een ijstijd door smeltwater aan de rand van of onder een ijskap is gevormd’. Het komt van het Ierse ‘eiscir’. Even verder googelen op internet levert nauwelijks hits op. Desgevraagd bij talige vriendjes en vriendinnetjes roept dit woord slechts vraagtekens-in-hoofden op.

Esker

Een esker (landrug uit de laatste ijstijd).

Definitief?
Is esker, nu het definitief in VD staat, daarmede een ‘algemeen erkend en ingeburgerd woord’? Ik waag het te betwijfelen. Maar het mooiste van mijn verhaal zit in de clou. De heilige Rita van Tommy Wieringa beleefde zijn eerste druk in oktober 2017. En wat staat er in VD bij esker? ‘Toegevoegd in december 2017’. Dit kan geen toeval zijn.

Desgevraagd bij de bureauredactie van VD blijkt dat er kennelijk veel vraag naar dit woord was bij digi-VD-gebruikers. Reden dat het tussen de tweejaarlijkse reguliere updates door alvast in de digitale versie geplaatst was. Ik ben gaan rekenen: eerste druk Rita in oktober, tweede en derde in november 2017. Dat zijn 30.000 boeken (geschat; desgevraagd bij uitgeverij De Bezige Bij wil men geen aantallen verstrekken). Hoeveel Rita-lezers zouden een abonnement op de digitale versie van ’s lands woordwatcher hebben? Hooguit één procent, lijkt me (ook Van Dale geeft geen antwoord op de vraag hoeveel digitale abonnementen verkocht zijn). Dus maximaal driehonderd mensen die het boek lezen én digi-VD hebben, en dat lijkt me al veel. Laat staan dat die mensen allemaal het woord esker zouden opzoeken.

Zou je met enkele tientallen vragen om een woord het al in VD kunnen krijgen? En dan niet in hun wiki, maar in de echte versie?

De heilige Rita (2017) van Tommy Wieringa

De heilige Rita (2017) van Tommy Wieringa

Belzen plukken
Ik denk dat er iets anders gespeeld moet hebben. Eén pagina verder namelijk laat Wieringa de hoofdpersoon belzen plukken in de boomgaard langs de beek. Belzen? Die ken ik alleen als onze zuiderburen. Opzoeken maar weer. Maar ‘belzen’ noemt VD nu juist weer niet …Dus dat is dan weer niet massaal opgezocht.

Het blijft gissen, maar roept wel om toelichting. Van Dalemensen: jullie lezen deze site ook, dus doe er wat mee!

Addendum: Ik heb Tommy Wieringa in een fanmail gefeliciteerd met zijn esker. Ook gevraagd naar de bedoeling achter de belzen. Ik wacht met spanning op een antwoord.

Addendum secundum: Het kostte moeite, maar uiteindelijk heb ik op internet de betekenis gevonden van ‘bels, belzen’. Het is een wildepruimensoort. Het woord is typisch Oost-Nederlands. Echt iets voor Tommy Wieringa dus!

 

4 reacties

  1. Bob, Een blik in de Van Dale 2005 en je bels-probleem was zó opgelost geweest. ‘Kleine, ronde pruimensoort’ staat er als omschrijving. Maar nu het opmerkelijke: in de Van Dale 2015 is het woord in die betekenis verdwenen…

  2. Interessant, Huib. De wegen van Van Dale blijven ondoorgrondelijk. Overigens gebruik ik, op aanraden van Rein, al geruime tijd geen papieren VD meer, alleen digitaal. Vandaar dus.

  3. In Van Dale 2015 zijn een flink aantal volksnamen voor plantensoorten en wat daarmee samenhangt, verdwenen in vergelijking met VD 2005.
    Via de elektronische VD 2005 is dat na te gaan op minstens drie manieren:
    daarvoor moet je zoeken op volksn., op volksnaam of op gewestelijk.
    Heel wat namen die je dan vindt, komen niet meer voor in VD 2015.
    Bels (3) staat bij de gewestelijke termen in VD 2005.
    Nog een voorbeeld: In het BeNeDictee 2017 van Bert Jansen kwam salzafij voor, de moeilijke uit het Italiaans afgeleide benaming voor de paarse (niet blauwe morgenster zoals VD vermeldt) of gele morgenster, een mooie plant uit de composietenfamilie. Salzafij staat helaas niet meer in VD 2015.